
Roffa Mon Amour
Eén van de hipste plekken in Rotterdam zijn de Hofbogen. Het voormalige station Hofplein biedt onder andere onderdak aan jazzclub Bird, twee sterrenrestaurants en een platenzaak. En in de zomer is de openluchtbioscoop van Roffa Mon Amour op het dak van de Hofbogen, langs de in onbruik geraakte sporen en perrons gevestigd. Het filmfestival is na de start in 2013 aan zijn eerste lustrum toe. Een mooie gelegenheid voor Cine om eens in gesprek te gaan met Charlotte van Zanten en Lisa Smith, de oprichters van het festival. We spraken over de mooiste momenten van de afgelopen vijf jaar, hun plannen voor de huidige editie en het geven van een publiek aan beginnende filmmakers.

Lisa Smith en Charlotte van Zanten
Het begint allemaal in 2013 als Charlotte terugkeert in Rotterdam na een tijd in Japan gewoond te hebben en Lisa vanuit Amsterdam naar de Maasstad verhuist. Als filmliefhebbers vinden ze allebei werk bij LantarenVenster en samen komen ze tot de conclusie dat er eigenlijk op filmgebied te weinig gebeurt in hun thuisstad. Natuurlijk is er het IFFR en in de zomer de Pleinbioscoop, maar die laatste was toen net overgenomen en koos voor een opzet waarin de meest succesvolle filmhuisfilms van het voorgaande jaar nog een keer vertoond werden. Niet aanlokkelijk voor de echte filmliefhebbers, want die hebben die films al gezien – of bewust overgeslagen.
Charlotte en Lisa zien een uitgelezen kans voor een openlucht filmfestival dat zich richt op al die films die wel op festivals te zien zijn, maar geen distributeur in Nederland hebben gevonden. Ze schrijven een plan uit en richten een stichting op. Bij het schrijven van het plan worden hun ideeën ook steeds concreter en blijken ze erg op één lijn te zitten. Ze willen films zoeken van beginnende regisseurs die visueel interessant zijn en een boodschap hebben. Verder is hun smaak zo eclectisch dat de films alle genres raken.
Hun opzet is succesvol, want al in het eerste jaar is de vertoning van het als Mexicaanse horror aangeprezen Halley uitverkocht. Geen geringe prestatie, want dat betekende meteen 200 à 250 betalende bezoekers, flink meer dan een gemiddelde zaal in een filmtheater. Dat in Halley geen bloed vloeit, betekent wel dat de bezoekers meteen leren hoe ze hun omschrijvingen moeten interpreteren, geven Charlotte en Lisa toe. De succesvolle vertoningen blijven ieder volgend jaar weer komen. Een van de beste is de openingsfilm van 2015, Magical Girl, één van hun favoriete films. Zo’n openingsavond heeft voor hen altijd een extra lading, het was die avond heel mooi weer en ook de vertoning was weer uitverkocht, terwijl de capaciteit van het festival flink was uitgebreid.
Het succes van het festival schrijven ze deels toe aan de pakkende naam Roffa Mon Amour. Het is een begrip geworden in Rotterdam, die vaak ook buiten de context van film gebruikt wordt. En dat terwijl het op het laatste moment gekozen werd voor de stichting, ingegeven doordat Charlotte Hiroshima Mon Amour, het speelfilmdebuut van Alain Resnais, kort daarvoor had gezien. De naam beviel zo goed dat ze die ook als publieksnaam zijn blijven aanhouden.
Zo zijn er ieder jaar weer veranderingen en wordt het originele plan na iedere editie herschreven. De nadruk is komen te liggen op beginnende filmmakers die ze proberen zo veel mogelijk aanwezig te laten zijn bij het festival. Dit is volgens hun extra belangrijk, omdat als een filmmaker een boodschap in zijn film heeft gelegd het veel meerwaarde heeft als die persoonlijk kan worden toegelicht. Dit lukt natuurlijk niet altijd, want tegen de tijd dat een film de festivals afgaat is de maker vaak al weer bezig met een nieuw project. Daarom schrijven ze ook hun eigen programmaboek bij het festival, met achtergronden, in-depth artikelen en interviews met de filmmakers. Ter afsluiting organiseren Lisa en Charlotte nog een etentje met hun gasten en Nederlandse filmmakers.
Zo zijn ze het hele jaar bezig met de organisatie van hun Roffa Mon Amour. Direct na het festival beginnen ze met het evaluatieverslag, gevolgd door het herschrijven van hun plan. In de loop van het jaar bezoeken ze verschillende filmfestivals zoals IFFR en Berlinale, waar ze de films zoeken voor de volgende editie van hun festival. Dat een film al in Rotterdam op IFFR heeft gedraaid is geen bezwaar. Ze trekken een ander, veelal jonger publiek dan het grootste filmfestival van Nederland. Zo valt een film bij Roffa Mon Amour, met dit jaar twaalf films, meer op dan tussen de 400 films van het IFFR. Daarom geven Charlotte en Lisa een film die dat waard is graag een tweede kans om een publiek te vinden.
Tussendoor hebben ze dan nog wel tijd voor nevenactiviteiten zoals La Notte, een ‘best of’ van de Nederlandse filmfestivals, dat ze in samenwerking met die andere festivals organiseerden in KINO. Dat festival krijgt ook een vervolg en wordt zelfs uitgebreid naar een locatie in Amsterdam. Maar vanaf mei zijn ze fulltime bezig met Roffa Mon Amour, met een gestaag groeiende groep die uitkomt op ongeveer tien personen. Tijdens het festival komen daar de vrijwilligers nog eens bij, die ongeveer tweehonderd diensten draaien.
Zoals gezegd zijn er dit jaar twaalf films te zien op Roffa Mon Amour. Dit is een forse uitbreiding. Eerder groeide het festival vooral in capaciteit, maar de uitbreiding in films en dagen is ook een vorm van risicospreiding. Als het weer, zoals afgelopen jaar, niet best is dan kan een groot deel van de vertoningen in het water vallen. Bovendien lijkt dan ook de zomersfeer in de stad te ontbreken en kan de opkomst in zijn geheel tegenvallen. Gelukkig bleek dat bij de vertoning van Lao Shi, waar slecht weer dreigde maar uitbleef, heel erg mee te vallen.
Over welke film ze dit jaar als eerste uitgekozen hebben, zijn ze eerst stellig: Corpo Elétrico, dat eerder op het IFFR draaide en volgens hun perfect in het plaatje van hun festival past. Daarna slaat toch de twijfel toe, want hadden ze niet Live Cargo eerder gekozen? Waarschijnlijk wel, aangezien die in Turijn draaide en dat festival al in november plaatsvindt. Ook hebben ze dit jaar voor het eerst een kinderfestival en hebben ze de Throwback Thursday, waarin ze de eerste film laten zien van een regisseur die daarna groot is geworden. De film die de inspiratie vormde voor de naam van het festival, Hiroshima Mon Amour, vindt daar zijn plek en is misschien wel de kroon op de lustrumeditie van het festival.
Het festival Roffa Mon Amour is dit jaar van 19 tot en met 30 juli. Meer informatie en onder andere interviews met de filmmakers vind je op hun website.