
België is beter: De Mol
De mol is bekend, het seizoen is afgelopen, en het was erg sterk. Ik heb het niet over de Nederlandse Wie Is De Mol?, wat al jaren een fletse versie is van de eerdere seizoenen, maar het Vlaamse De Mol. En passend bij de gestroomlijnde titel (niets van dat uitleggerige ‘Wie is…?’), blijkt de Vlaamse variant in alle opzichten een strakker, spannender en slimmer geheel dan de Nederlandse.
[In dit artikel volgen enkele milde spoilers over opdrachten, maar de identiteit van de mol wordt niet verklapt]
Natuurlijk is het Vlaamse De Mol ook het origineel, en het Nederlandse Wie Is De Mol? een remake, maar na tegenvallende kijkcijfers rond de eeuwwisseling is de serie ruim tien jaar niet op de buis geweest. In 2016 keerde de show terug van weggeweest, en dit is inmiddels het derde seizoen van De Mol nieuwe stijl. Het eerste grote verschil met de Nederlandse variant is meteen essentieel: we hebben hier te maken met onbekende Vlamingen als kandidaten, wat ervoor zorgt dat we niet kijken naar een verbloemde PR-toer, maar dat de kandidaten werkelijk het achterste van de tong durven laten zien als het spel hard gespeeld dient te worden.
Ook betekent dit dat de kandidaten geselecteerd zijn op zaken als intelligentie, uithoudingsvermogen, hun aandeel in een groepsdynamiek en andere psychologische en fysieke factoren. Dat blijkt nodig, want de opdrachten zijn van een veel hoger niveau dan de Nederlandse kijker gewend zal zijn. Niet alleen zijn de quizvragen soms behoorlijk moeilijk (ook omdat we vaak te maken hebben met vragen over de Belgische cultuur die hun Noorderburen onbekend zal zijn), maar er wordt ook fysiek veel gevraagd, en een hard psychologisch spel gespeeld.
Het mooiste is dat de opdrachten vaak de drie elementen — denken, doen en (psychologisch) doorgronden — combineren, vaak ook nog met de vierde factor durven er bij. Zo is de eerste opdracht al een zeer creatieve combinatie van Escape Room-achtige puzzels, Fear Factor-esque adrenaline-tests en een stukje conditie. De kandidaten worden levend begraven en moeten in koppels van 2 raadsels oplossen om binnen een uur te ontsnappen. De ontsnapte kandidaten moeten vervolgens inschatten of ze er op vertrouwen dat de medekandidaten ook ontsnappen: ze moeten allemaal bevrijd zijn willen ze het laatste koppel bevrijden, en daarvoor zal er ook nog een stuk gelopen moeten worden. Zie hier de combinatie van alle factoren, van het inschatten van de slaagkans van je medekandidaten, en het doorstaan van moeilijke (fysieke) proeven, tot het oplossen van raadsels.
Andere opdrachten zijn simpeler, maar even inventief. Vaak zijn er grappige wendingen aan de opdracht, en bestaat die uit meerdere onderdelen. Zo is er in de eerste aflevering ook een segment waarin het afleggen van een grote route door een stad gecombineerd wordt met een variant van het spel met de doos, het herkennen van popnummers gespeeld door een mariachi-band, het neerzetten van dominostenen, het spelen van een potje basketbal, het oplossen van anagrammen en het vangen van een groep kippen. Dit is, ik herhaal, één opdracht, en juist die inventiviteit, die met node mist in de huidige Nederlandse Wie Is De Mol? blijkt de grootste troef.
Een ander essentieel verschil, en een correctie ten opzichte van het meest gehoorde commentaar op de Nederlandse variant, is dat de Mol-acties niet echt worden verbloemd in de montage. Er valt, met goed opletten, te deduceren wie de mol is, maar dat blijkt niet funest voor de kijkervaring. In tegendeel: veel van de frustraties rondom reality-TV gaan over het gefabriceerde geheel. In De Mol zijn de makers openlijker over hun manipulaties. Ze spelen in enkele van de opdrachten een spel met de verwachtingen van de kijker, waarna ze vervolgens uitleggen hoe de vork in de steel zit.
We krijgen meer achtergrondinformatie dan bij de Nederlandse variant en de gehele laatste aflevering laat bijvoorbeeld het overleg over bepaalde opdrachten met de mol in kwestie zien. Het is een kijkje in de keuken dat het programma net wat extra sjeu geeft. Ook ‘de executies’ zijn wat dat betreft no-nonsense: rood scherm, en vertrekken maar. Het voelt minder manipulatief, en daardoor sterker.
Het niet alles willen verbergen in de montage zorgt er ook voor dat de serie meer wordt dan alleen een zoektocht van een kijker naar de mol. Je krijgt ook een inkijkje in de groepsdynamiek van gewone mensen. De Nederlandse Wie is de mol? is inmiddels uitgegroeid tot een kapot gemonteerde betaalde vakantie voor BN-ers, die halfslachtig in elkaar gezette opdrachten moeten uitvoeren en verder zo leuk mogelijk over willen komen op de camera. De Vlaamse De Mol is een vakkundig in elkaar gezette reality-televisieserie van hoog niveau waarin een groep gewone mensen (inclusief hun ergerlijke eigenschappen) intens moeilijke opdrachten uit moeten voeren. Het is reality-televisie op hoog niveau, net zoals de Nederlandse variant dat ooit was.
Ik raad iedere liefhebber van reality-TV aan naar de site van Vier te gaan, waar alle negen afleveringen nog tot 20 juni gratis en legaal te kijken zijn.